Tilly is jaren lang lid van ons koor geweest als tenor. Een tengere vrouw met een stoer voorkomen. Ze zei wat ze dacht en vond, en leek overal lak aan te hebben. Een van haar gevleugelde uitspraken was: “Ach joh, wat kan mij dat schelen.”
Maar achter dat stoere gedrag ging een zeer liefdevol en gevoelig mens schuil. Waarmee je lol kon hebben, maar ook serieuze gesprekken kon voeren.
In haar werkzame leven was ze kapster geweest. Ze vond het dan ook heerlijk om even met haar handen door mijn krullen of die van mijn dochter te gaan. Naast haar creativiteit in kapsels, legde ze ook veel creativiteit in haar schilderijen. Ze heeft er heel wat gemaakt. Stuk voor stuk prachtige werkstukken, maar Tilly was niet snel tevreden over het eindresultaat. Stelde hoge eisen aan zichzelf. Er zijn koorleden die een kleurrijk schilderij van haar thuis hebben hangen.
Je kon Tilly heel blij maken met een zak oude lappen. Daarmee kon ze haar kwasten dan weer schoon maken.
Voor corona kreeg Tilly een heupoperatie. Daardoor kon ze een tijdje niet op koor komen. Toen wij weer gingen repeteren na de lockdown durfde ze ook niet te komen. En dat kon ik me met haar COPD ook wel voorstellen.
Een jaar geleden overleed heel plotseling haar geliefde man Paul. Dat was voor Tilly een heel groot gemis. Haar twee katjes Karel en Guus die ze daarna kreeg vulden de leegte wel wat op, maar een val over één van de twee zorgde ook weer voor lange tijd pijn aan haar rug.
Iedere keer weer zei ze dat ze echt weer terug zou komen, maar het afgelopen jaar teerde ze steeds meer in. Was erg kortademig en werd steeds fragieler.
Ze heeft geen makkelijk leven gehad, maar bezat wel de kunst om ondanks tegenslagen te genieten van het leven.
Op haar facebook pagina vond ik dit gedicht:
Er woont
een diep
gemis
In mij,
dat worstelt
zich
soms even
vrij.
Ik vecht niet,
maar
omarm het
zacht;
het schrijnt,
omdat je
liefde
bracht.